Wildcard

Losjes is dit babygedicht, er gebeurt niet veel
wat ergens anders niet ook gebeurt:

een granaatrode baby spert zijn junglemondje.
Herkenbaar voor wie ze leest gaan babygedichten

over kussen, jaloezieën en ouders/blijvertjes.
Razen in het kussen, opstaan als een standbeeld van as.

Een ouder is een huis. Pjoe koeli koeli. Eten, natje,
lalala. Het babygedicht werkt de liefde open.

Vrolijk zijn en losjes. Licht filteren,
de lucht is van onschatbare zuiverheid.

Zet er gesteldheid tegenover en het haalt je de koekoek.
Ouders/humeuren/onderdelen van de groeimachine –

baby’s eerste, baby’s eigen, baby’s nemen het ervan.
Vrolijk, losjes uithalen in zomers kamertje. Gebeurd.

Harten pleiten, harten dampen: Adonai –
geef mijn impassen terug, mijn losse dagen, mijn hele vliezen.

© Anne Vegter
From: Eiland berg gletsjer
Amsterdam: Querido, 2011
ISBN: 978 90 214 3900 6
Audio production: Nederlands Letterenfonds, 2022

Wildcard

Locker ist dieses Babygedicht, es passiert nicht viel,

was woanders nicht auch passiert:

 

Ein granatrotes Baby sperrt das Dschungelmäulchen auf.

Wer sich mit Babygedichten auskennt, weiß, sie handeln von

 

Küssen, Jalousien und Eltern/Nesthockern.

Im Bett wälzen, als Aschestatue aufstehen.

 

Eltern sind ein Haus. Ei dudidudidu. Essen, Trinken,

lalala. Das Babygedicht durchbricht die Liebe.

 

Fröhlich sein und locker. Licht filtern,

die Luft ist von unschätzbarer Reinheit.

 

Stell dem Befindlichkeiten gegenüber und dich holt der Kuckuck.

Eltern/Launen/Bestandteile der Wachstumsmaschinerie –

 

Babys erstes, Babys eigenes, Babys hauen auf den Putz.

Fröhlich, locker im sommerlichen Zimmer rumkaspern. Check.

 

Herzen fordern, Herzen dampfen: Adonai –

gib mir meine Sackgassen wieder, meine lockeren Tage, meine heilen Häute. 

Aus dem Niederländischen übersetzt von Ruth Löbner