Georges Adé 
Translator

on Lyrikline: 3 poems translated

from: 荷兰文 to: 法文

Original

Translation

Tien gedichten van de eenzaamheid VII - Ik behoor niet meer maar beheers het beven

荷兰文 | Hugues C. Pernath

Ik behoor niet meer maar beheers het beven
Brandend en kinds, slapeloos in vroeger
In de dingen die hebben plaatsgevonden, de dingen
Der dagen. Ik vervoeg de panden van de pijn
En lichtschuw, gelouterd, geloof ik in het spreken
In het zwijgen dat voortduurt na de dood.
Dit was hetzelfde breken dat ons samenbracht,
Hetzelfde verdringen, hetzelfde gebaar.
Dit was het schroeien, het wassen van de wonde.

In mijn geheugen verdelen ogen mijn geheimen
En tranen de ruïnes die kleverig smeulen.
Aan machten bezweek mijn macht, mijn verlangen
Terwijl ik geduldig verbloedde en verbond.
Liefhebben werd het bewaren, het bewegen van woorden
Die ons heimelijk braken, die ons herleidden
Tot schimmen. En ver van mij gingen mensen uiteen.
 
De vage omtrekken van de vele vrienden vergaan
En nooit te achterhalen werd elk gebaar
De weerkaatsing van het dromen en het derven.
Berustend in de gave kroop ik, viel ik en huilde,
Mijn beklemming vergleed, de dagen doordragen
En ik veronderstelde de angst, de allerlaatste leer
Die ik onderga, waaruit ik overleef. Nergens
Was een steen te zien, de gelaatstrekken van geen ander.
Zo blijf ik in leven, maar alle leven is ontgonnen.

from: Gedichten
Tielt/Amsterdam: Atlas, 2004
Audio production: VRT - Flemish Radio- and Television Network (www.vrt.be)

Les dix poèmes de la solitude VII - Je n’appartiens plus, je me retiens de trembler

法文

Je n’appartiens plus, je me retiens de trembler
infantile et brûlant, dans l’insomnie
des choses qui ont eu lieu, des choses
de chaque jour. Je rejoins les lieux de la douleur,
redoutant la lumière, purifié, je crois à la parole
et au silence qui continue après la mort.
La même cassure nous rassembla,
le même refoulement, le même geste.
La plaie cautérisée et puis lavée.

Dans ma mémoire des regards divisent mes secrets,
les ruines larmoient dans un feu de poisse.
Ma puissance, mon désir, succombait aux puissances
tandis que patiemment je saignais et je pansais.
Aimer se fit garder, remuer des mots
qui sournoisement nous brisaient, nous réduisaient
à l’état de spectres. Et loin de moi des gens se séparaient.

Les contours confus de tant d’amis se perdent
comme se perd à jamais tout geste,
le reflet du rêve et du manque.
Me résignant au don, j’ai rampé, je suis tombé, j’ai pleuré.
La suffocation s’efface, les jours se supportent
et je suppose l’angoisse, l’ultime doctrine
que je subis, d’où je survis. Il n’y avait plus
pierre qui vive, les traits d’un autre visage.
C’est ainsi que je reste en vie, toute vie défrichée.

Translation: Georges Adé
From: Septentrion, XII-2, 1983.

Tien gedichten van de eenzaamheid IV - Ik zocht de uitersten, en van het verdriet

荷兰文 | Hugues C. Pernath

Ik zocht de uitersten, en van het verdriet
En van een korte naam geschreven op vuile ruiten.
Van vele huizen sloot ik de verrotte luiken, nu, vandaag
En vanaf hun vergeten beloften en iedere judaskus
Waarmede ik verkocht werd. Alles verging, voor haar
Voor mij. Niet onze spijt, niet ons gevoel.
Niet het naderend gezoem van de bijen.
De twijfel drukte, maar dwars door de tijd
Zal ergens, iemand zich iemand herinneren.

Terwijl zij achterblijft en onherkenbaar achter glas
Jarenlang de wanhoop aan de wandelaars onttrekt
En het verleden aan vele vrome vrouwen.
Mijn woord zal worden, mijn woord zal zijn:
Pijn in de vertekening van de pijn, en onrust
In ons ongeloof, ons onontkoombaar oponthoud.
Eenmalig, maar misschien even eenzaam als voordien.

Stervend, terwijl ik me als een vreemde beweeg
In een wereld die eens de mijne was,
Stervend, zoals tekens telkens vervagen
Zal ook ik de tijd bestaren en tussen de plooien
Van het laatste laken, met aflijvige handen voelen
Hoe de herinneringen krimpen, uiteindelijk en fataal.
Van alle dingen zal ik het verval vergeten, langzamerhand
Toegevend aan al de nachtelijke namen
Die ik ooit verzon voor mijn achterdocht en mijn liefde.

from: Gedichten
Tielt/Amsterdam: Atlas, 2004
Audio production: VRT - Flemish Radio- and Television Network (www.vrt.be)

Les dix poèmes de la solitude IV - J’ai cherché les extrêmes, et du chagrin

法文

J’ai cherché les extrêmes, et du chagrin
et d’un nom bref écrit sur de sales vitres.
J’ai fermé les volets pourris de tant de maisons,
aujourd’hui, et depuis leurs promesses oubliées
et tous les baisers qui m’ont vendu. Tout a péri pour elle
pour moi. Ni notre remords, ni nos sentiments.
Ni le bruit des abeilles qui s’approchent.
Le doute pesait, mais à travers le temps
quelqu’un se souviendra, quelque part, de quelqu’un.

Tandis qu’elle demeure, et méconnaissable derrière sa vitre
soutire des années durant aux passants leur désespoir
à tant de dévotes leur passé.
Ma parole se fera, ma parole sera :
douleur dans la distorsion de la douleur,
incroyance inquiète, inéluctable arrêt.
Pour une fois, mais peut-être aussi seul qu’avant.

A l’agonie, me déplaçant comme un étranger
dans un monde qui fut le mien,
en mourant comme les signes s’effacent
je regarderai fixement le temps et sentirai
de mes défuntes mains, entre les plis du dernier drap
se rétrécir les souvenirs, finalement, fatalement.
De toutes les choses, j’oublierai la déchéance
et céderai peu à peu à tous les noms nocturnes
que j’imaginai pour ma méfiance, pour mon amour.

Translation: Georges Adé
From: Septentrion, XII-2, 1983.

Tien gedichten van de eenzaamheid II - Als een verwante, met niemand heb ik de hoop gemeen

荷兰文 | Hugues C. Pernath

Als een verwante, met niemand heb ik de hoop gemeen
Met niemand de keuze van de liefde
Waarmee ik eenzaam leef, waarmee ik wankel
Bewegend maar bedwongen door het mateloze landschap
Waarin de dood de aren leest
Ons blijft alleen de tijd en niet het vluchten
En alles dat op de aarde beweegt,
Ons blijft de laatste reis van twee vermoeide mensen
Het afscheid nemen van de voldragen schoot.

Voorgoed.
Zoals iedereen het zag, zoals iedereen het hoorde
En zoals het ook iedereen zal vergaan
Naargelang de afstand naar de verte, de gloed
Doorheen de schaduwspelen van mijn schaduw.
Als een verwante versteen ik met de geur van de vrouw
En het verkrimpen van de kevers op het dodelijke mos.

Terwijl de waarheid het afgrijzen verwekt,
Een wilde wolk wordt, en wormen willekeurig
De eerste balk van ons huis doorboren,
Kom ik naar je toe en betast ik jouw kleren
Ik kus je, gebogen, gehurkt en verscheurd.
Opnieuw worden wij ouder en kleiner
En roekelozer in de gestage regen,
Waarin wij de rouw dragen voor de vele voorbije banden
Verder door de lage landen van de landerigheid.

from: Gedichten
Tielt/Amsterdam: Atlas, 2004
Audio production: VRT - Flemish Radio- and Television Network (www.vrt.be)

Les dix poèmes de la solitude II - Comme un parent, je ne partage l’espoir

法文

Comme un parent, je ne partage l’espoir
avec personne le parti pris de l’amour
qui me fait vivre seul, me retenant
de chanceler dans ce domaine
démesuré où glane la mort.
Il ne nous reste que le temps, non la fuite
et tout ce qui se meut sur la terre,
il nous reste le dernier voyage d’un couple épuisé
l’adieu au sein près d’accoucher.

A jamais.
Au vu et au su de tout le monde
et comme il arrivera à chacun
selon la distance du lointain, la lueur
dans les yeux d’ombre de mon ombre.
Comme un parent me figent l’odeur de la femme
et les scarabées racornis par la mort velue.

Tandis que la vérité se fait horreur, se fait
sauvage nuée, et qu’une vermine arbitraire
perce la première poutre de notre demeure,
je viens vers toi, je touche tes vêtements,
je t’embrasse, courbé, accroupi, déchiré.
Et nous revieillissons, nous rapetissons
plus téméraires dans la pluie incessante,
où nous portions le deuil de tant de liens passés
à travers le plat pas de l’ennui.

Translation: Georges Adé
From: Septentrion, XII-2, 1983.