ENVOI

Mijn verzen staan nog wat te gapen.
Ik word dit nooit gewoon. Zij hebben hier lang
genoeg gewoond.
Genoeg. Ik stuur ze 't huis uit. ik wil niet wachten
tot hun tenen koud zijn.
Ongehinderd door hun onhelder misbaar  
wil ik het gegons van de zon horen
of dat van mijn hart, die verraderlijke spons die verhardt.

Mijn verzen neuken niet klassiek,
zij brabbelen ordinair of brallen al te nobel.
In de winter springen hun lippen,
in de lente liggen zij plat bij de eerste warmte,  
zij verzieken mijn zomer
en in de herfst ruiken zij naar vrouwen.

Genoeg. Nog twaalf regels lang op dit blad  
hou ik ze de hand boven het hoofd
en dan krijgen zij een schop in hun gat.
Ga elders drammen, rijmen van een cent,
elders beven voor twaalf lezers
en een snurkende recensent.

Ga nu, verzen, op jullie lichte voeten,  
jullie hebben niet hard getrapt op de oude aarde
waar de graven lachen als zij hun gasten zien,  
het ene lijk gestapeld op het andere.
Ga nu en wankel naar haar
die ik niet ken.

© De Bezige Bij & Hugo Claus
Extraído de: Gedichten 1948-1993
Amsterdam: De Bezige Bij, 1994
Produção de áudio: Het Beschrijf, 2004

Poslání

Mé verše ještě trochu zívají.
Nikdy si na to nezvyknu. Bydlely tady
dost dlouho.
Dost. Pošlu je z domu. Nechci čekat,
až jim zledovatí prsty.
Nevadí mi jejich nejasné protesty,
chci slyšet, jak slunce šumí,
nebo své srdce, houbu prolezlou, co bolet umí.

Mé verše nesouloží klasicky,
breptají ordinérně nebo se nabubřele chlubí.
V zimě jim praskají rty,
na jaře je hned teplý vítr skolí,
kazí mi celé léto
a podzim jim voní po ženských.

Dost. Už na papíru jenom dvanáct řádek
budu jim dělat ochránce
a pak pěkně nakopu jim zadek.
Běžte si otravovat jinam, však nestojíte ani cent,
třese se na vás sotva dvanáct čtenářů
a jeden chrápající recensent.

Běžte si, verše, běžte lehkonohé,
nedupaly jste silně po stařičké zemi,
kde se hroby smějí, když vidí svoje hosty,
mrtvoly naházené jednu přes druhou.
Běžte a klopýtejte k té,
kterou už nepoznám.

Translated into Czech by Jana Pellarová-Irmannová,
under the authority of the Flemish Literature Fund.