Tonnus Oosterhoff
[In het wereldplat...]
[In het wereldplat...]
In het wereldplat hangt de mens aan een paar draden,
één ervan de slaapdraad.
Is die lang, zo ligt de mens languit,
iedere beweging kost moeite.
‘Wat is het dat daar kronkelt?’
‘Zie je het niet? Een van de intelligenste, gevoeligste..’
‘Mijn hemel! Niet
In de wereld hangt de mens aan drie, vier draden slechts,
een ervan is de slaapdraad.
Is die lang, dan ligt de mens op het oppervlak,
elke beweging kost grote moeite.
Kort en licht slaapt de mens die – of als hij veel bereikt,
handen vleugelborstels en voeten wrijvend,
verlangend, bang, niets wetend van
het graf.
Met al zijn polissen advertenties en nabestaanden uitgeslagen
landt hij misschien zacht.
De bergenbewonende bloedwraakmens krijgt, als een schaap,
de draden bij de keel doorgesneden.