Veronika Kivisilla

An old man
with one leg
with his sole life
huddled into an alcove
on the ground a beggar’s cup
that’s long forgotten
the taste of margarine
what’s been the length of
the dry suffering
that’s turned your cheeks
to parchment
trickling down which today
is this spring’s first rain,
which you probably didn’t even
hope to see?
the coin slipped into the cup
onto which side do you fall –
hope is heads
despair is tails
just as in eyes
when you softly ask me
may I say hello to you?

Un vieil homme –
avec une seule jambe
et son unique vie
recroquevillé dans une encoignure
et une petite boîte sur le sol
qui a oublié depuis longtemps
le goût de la margarine
depuis quand dure-t-elle
la souffrance sèche
qui a changé tes joues
en parchemin
où ruisselle aujourd’hui doucement
la première pluie du printemps
que sans doute
tu n’espérais plus ?

pièce lancée dans la boîte
sur quelle face vas-tu tomber
d’un côté l’espoir
de l’autre le désespoir
comme dans tes yeux
quand tu me demandes doucement
si tu peux me dire bonjour

Een oude man –
met één been
zijn enige leven
gebukt in een muurnis
voor hem een kuipje
dat allang vergeten is
hoe margarine smaakt
hoe lang duurde
het droge lijden
dat je gezicht heeft veranderd
in perkament
waar vandaag als een dun stroompje
de eerste regen van dit voorjaar langsloopt
die je vast niet had gehoopt
nog te zullen zien?
neervallend muntje
op welke kant kom je terecht –
op de ene hoop
op de andere vertwijfeling
net als in je ogen
als je me zachtjes vraagt
mag ik hallo tegen je zeggen?