Joris Iven 
Translator

on Lyrikline: 3 poems translated

from: الانجليزية to: الهولندية

Original

Translation

Poker

الانجليزية | Matthew Sweeney

There were five of us playing that night,
Padge, Kieran, Neal and me –
and, stretched out in his coffin, Uncle Charlie.
We dealt him a hand each time
and took it in turns to bet for him,
waiving his losses, pooling his wins,
for what good were coins to him?
What could he win but his life?
Still, five of us played that night
and when we stopped it was daylight.
We left the cards with him
to remind him, forever, of that game
and Padge, Kieran, Neal and me
went up the road to our beds
and slept until we buried him,
then played until we had to agree
the good hands had gone with Uncle Charlie.

© Matthew Sweeney & Jonathan Cape
from: Selected Poems
London : Jonathan Cape, 2002
Audio production: 2006, M.Mechner / Literaturwerkstatt Berlin

Poker

الهولندية

Met zijn vijven waren we aan het spelen die avond,

Padge, Kieran, Neal en ik –

en, languit liggend in zijn doodkist, Oom Charlie.

Telkens hielpen we hem een handje

en kwamen om beurten aan bod om namens hem te wedden,

deden afstand van zijn verliezen, legden zijn winsten bij elkaar,

want wat had hij nog aan geldstukken?

Wat anders kon hij nog winnen dan zijn leven?

Niettemin, we speelden met zijn vijven die nacht

en toen we stopten, was het al daglicht.

We lieten de kaarten bij hem achter

om hem, voor altijd, te laten herinneren aan dat spel

en Padge, Kieran, Neal en ik

liepen de straat op naar onze bedden

en sliepen tot we hem gingen begraven,

dan speelden we weer tot we het eens werden

dat de goede handen waren heengegaan met Oom Charlie.

Vertaling: Joris Iven
Translated under the authority of the Flemish Literature Fund

The Snowy Owl

الانجليزية | Matthew Sweeney

Over the heads of the firing squad
flew a snowy owl, who oohooed  twice
just before they pulled their triggers
and as the woman slumped on her ropes,
blood splattering her white dress,
the owl landed on her shoulder,
oohooed again, and swivelled its big-
eyed gaze over all the uniformed men,
one of whom raised his rifle
but the captain knocked it away
while the owl pecked at some blood
on the woman’s breast, smearing
its own breast feathers, then glared,
it seemed, at the transfixed men,
before swooping off, barely missing
the head of one, making them all
turn to watch it glide away, and hear
one more oohoo echo through the sky.

© Matthew Sweeney
from: unpublished
Audio production: 2006, M.Mechner / Literaturwerkstatt Berlin

DE SNEEUWUIL

الهولندية

Over de hoofden van het schietende eskadron
vloog een sneeuwuil, die twee keer oeoede
net voor ze hun trekkers overhaalden
en terwijl de vrouw neerzeeg op haar touwen,
het bloed op haar witte kleed spatte,
landde de uil op haar schouder,
oeoede opnieuw, en draaide met zijn wijdopen
gesperde ogen naar alle geüniformeerde mannen,
van wie één zijn geweer ophief
maar de kapitein sloeg het weg
terwijl de uil aan het bloed pikte
op de borst van de vrouw, waardoor
hij zijn eigen borstveren besmeurde, dan boos keek,
zo leek het, naar de aan de grond genagelde mannen,
vóór hij wegschoot, nauwelijks het hoofd missend
van één van hen, deed hij hen allemaal
omdraaien om hem na te kijken terwijl hij wegzweefde en ze
nog één oeoe echo liet horen in de lucht.

Vertaling: Joris Iven

Translated under the authority of the Flemish Literature Fund

The Doors

الانجليزية | Matthew Sweeney

Behind the door was another door
and behind that was another.

The first door was black, as befitted
a four-storey Georgian house
on a street shaded by oaks.

The second door was the grey
of the sky before rain.

The third door was blue, or blue-
green – let’s say cobalt – with a stiff
black wrought-iron handle

which took the shape of a mermaid
instead of a dog or a dragon.

Or the rattlesnake I expected
to rear up, hissing, at me
when I crossed the threshold.

No chime announced me.
No animal or person met me.

The corridor I looked down
was lined with male portraits.
The rugs had embroidered females.

The ghost of incense haunted
the air I hardly breathed.

I took a couple of half-steps
then stood there, listening.
I heard the portraits breathing

then, from some distant room,
a cuckoo clock cuckooing.


My smile turned into a cough
that echoed off the walls
and infiltrated the house.

The women on the first rug
were grinning at me.

All the eyes in the portraits
were turned my way.
I looked back at the door

heard the lock click, then beyond
another lock, then another.

© Matthew Sweeney
from: unpublished
Audio production: 2006, M.Mechner / Literaturwerkstatt Berlin

DE DEUREN

الهولندية

Achter de deur was een andere deur
en daarachter was nog een andere.


De eerste deur was zwart, zoals het
een vier verdiepingen tellend Georgian huis
betaamt in een straat belommerd door eiken.


De tweede deur had het grijs
van de lucht vóór de regen.


De derde deur was blauw, of blauw-
groen – laten we zeggen kobalt – met een diep
zwarte smeedijzeren klink


die de vorm aannam van een meermin
in plaats van een hond of een draak.


Of de ratelslang die ik verwachtte,
oprijzend, sissend, naar mij
toen ik de drempel passeerde.


Geen klokgelui kondigde me aan.
Geen dier of mens wachtte me op.


De gang waarin ik naar beneden keek
was behangen met mannenportretten.
De kleden hadden geborduurde vrouwen.


De geest van wierook spookte door
de lucht die ik nauwelijks inademde.


Ik nam enkele kleine treden
en stond daar dan te luisteren.
Ik hoorde de portretten ademen


toen, vanuit een of andere afgelegen kamer,
een koekoekklok begon te koekoeën.


Mijn glimlach werd een kuch
die langs de wanden weergalmde
en het huis binnen drong.


De vrouwen op het eerste kleed
grijnsden naar me.


Alle ogen in de portretten
waren op mij gericht.
Ik keek achterom naar de deur,


hoorde het slot klikken, dan daarachter
een ander slot, dan nog een ander.

Vertaling: Joris Iven

Translated under the authority of the Flemish Literature Fund